Het overkwam mij. Mijn fiets gejat. Ik had hem op de Nieuwe Prinsengracht gezet, vlakbij het Roeterseiland. Het was half elf s'ochtends. Door de kou ging mijn kettingslot lastig open. Daarbij had ik de dag daarvoor in mijn hand gesneden. Nu kreeg ik het slot helemaal niet open. Lastig. Het kleine slotje van mijn fiets lukte nog wel. Beter iets dan niets dacht ik. Jammer dat ik de rest van de dag niet dacht aan hoe slecht ik mijn fiets op slot had gezet. Ik zet hem altijd vast op het kettingslot. Ook altijd ergens aan vast. Aan een fietsenrek of een lantaarnpaal. Ik neem altijd het zekere voor het onzekere. Ik ben gehecht aan mijn fiets. Tweedehands gekregen van mijn ouders. Een goede omafiets, bordeauxrood geschilderd. Toen ik hem kreeg durfde ik hem niet buiten te zetten voordat ik hem geschilderd had. Ik had hem al zo'n anderhalf jaar. Nog nooit gestolen. Wel een keer bijna, maar nooit echt. Tot nu. Fietsdepot had hem niet. Stom dat ik mijn fiets niet meteen pakte toen ik klaar was met koffie drinken. In plaats daarvan ging ik naar een kroeg en met de nachtbus naar huis. Geen moment gedacht aan hoe mijn fiets op slot stond, want dat doe ik altijd goed. Tot de volgende dag. Te laat. Mijn fiets stond er niet meer.
Deze maand zit ik krap bij kas. Een tweedehandsfiets kan ik niet betalen, laat staan een nieuwe. Ook een ASVA fiets is voor mij te duur. Toch heb ik een fiets nodig. Ik mis een fiets. Zal ik dan voor een keer een tweetientjesfiets kopen op straat? Ergens voel ik de verontwaardiging. Mijn fiets is nu hoogstwaarschijnlijk een tweetientjesfiets geworden, wat maakt het uit als ik er een koop? Dan maakt het ook niet meer zoveel uit als hij weer gestolen wordt. Het was toch een gestolen fiets en heel goedkoop. Wie weet kom ik mijn mooie bordeauxrode fiets wel tegen op straat. Mijn ouders hebben nog een fiets van de buren staan. Een omafiets met een rekje. Mijn vader knapte hem op en mocht hem hebben. Misschien dat ik die fiets mag hebben. Al moet ik hem dan wel even schilderen. En goed op slot zetten. Anders is hij zo weer weg.
Deze maand zit ik krap bij kas. Een tweedehandsfiets kan ik niet betalen, laat staan een nieuwe. Ook een ASVA fiets is voor mij te duur. Toch heb ik een fiets nodig. Ik mis een fiets. Zal ik dan voor een keer een tweetientjesfiets kopen op straat? Ergens voel ik de verontwaardiging. Mijn fiets is nu hoogstwaarschijnlijk een tweetientjesfiets geworden, wat maakt het uit als ik er een koop? Dan maakt het ook niet meer zoveel uit als hij weer gestolen wordt. Het was toch een gestolen fiets en heel goedkoop. Wie weet kom ik mijn mooie bordeauxrode fiets wel tegen op straat. Mijn ouders hebben nog een fiets van de buren staan. Een omafiets met een rekje. Mijn vader knapte hem op en mocht hem hebben. Misschien dat ik die fiets mag hebben. Al moet ik hem dan wel even schilderen. En goed op slot zetten. Anders is hij zo weer weg.